Op Heuvelrughike met… Gert Nieuwboer

SNP Natuurreizen stond aan de wieg van de Heuvelrughike. Dus hoe leuk is het om met directeur Gert Nieuwboer een stukje Heuvelrughike te lopen? Gert groeide op in Rhenen en op zijn verzoek kiezen we een stuk van de vijfde etappe die van Amerongen tot de Grebbesluis loopt. Als we elkaar treffen op de parkeerplaats, is de toon meteen gezet. “Weet je dat hier een sandr ligt?” vraagt Gert enthousiast. 

We staan aan de voet van de Utrechtse Heuvelrug bij Elst, waar smeltwater diepe dalen heeft uitgesleten en onderaan een waaier van grind en zand neerlegde. Ik ken inmiddels elk paadje hier. Maar Gert ook, blijkt al snel, want hij mocht hier ooit een wandeling begeleiden voor het ‘uitje’ in een televisieprogramma waar B&B eigenaren bij elkaar over de vloer komen.

Vanaf Elst gaat het al snel omhoog de stuwwal op, tussen de flanken van het smeltwaterdal. Bij de leemkuil pakken we de 5e etappe op, die ons verder mee omhoog neemt. Bovenaan worden we getrakteerd op uitgestrekte vergezichten over de oude tabaksplantage Willem III en de Remmerdense heide.

Aan het begin van de wandeling passeren we de Remmerdense heide die samen met Plantage Willem III een geheel vormt.

Plantage Willem III

Net boven het dorp Elst werd in 1853 door de familie Ruys de tabaksplantage Willem III gesticht. De oude smeltwaterdalen op de relatief warme zuidhellingen waren prima geschikt voor de teelt van tabak. Rond 1900 verdween de tabaksteelt weer vanwege de concurrentie uit warmere streken en de opkomst van de sigaar, die de populariteit van pijptabak verdrong. Na jaren van intensief landbouwkundig gebruik is door het telen van graan de bodem weer verarmd. De oude plantage is nu een van de grootste schraalgraslanden in Nederland. Om het gebied open te houden wordt het gebied begraasd door half wilde Galloway runderen, Konikpaarden en wilde damherten.

Bron: Wandelgids Heuvelrughike

We slaan we linksaf het bos in en lopen verder omhoog de stuwwal op. Kleine paadjes en mooie lanen wisselen elkaar af terwijl Gert vertelt over zijn middelbare schooltijd. “We fietsten elke dag over deze heuvelrug naar het VWO in Veenendaal. Daar hadden we een leraar biologie die ons vaak meenam de natuur in. Dat vond ik zo gaaf, dat ik zelf ook leraar wilde worden en de lerarenopleiding zou gaan doen. De biologieleraar stak daar echter een stokje voor. Hij adviseerde me een universitaire studie te doen. Daar zou ik veel meer mee kunnen, maar óók docent worden.”

Een jaar later fietste Gert vanuit zijn ouderlijk huis dagelijks op en neer naar Wageningen voor zijn studie Biologie. “Daarna wilde ik natuurlijk op kamers. Je kon toen nog lang studeren, dus dat heb ik ook gedaan,” voegt hij er meteen aan toe. “Maar onderwijl heb ik wel mijn onderwijsbevoegdheid gehaald en liep stage bij het Thomas a Kempis college in Arnhem. En ook heb ik in die tijd ontdekt waar mijn passie lag, namelijk bij het schrijven. Vooral de wetenschapsjournalistiek vond ik interessant.”

Ongemerkt hebben we intussen de route verlaten. Het vergezicht over de Gelderse Vallei lonkt en wij waren diep in gesprek verzonken. Gert vertelt dat hij tijdens zijn studie via via in contact kwam met een clubje Nijmeegse veldbiologen die in 1984 de Stichting Natuur Projecten hadden opgericht. “Zij namen steeds meer gasten mee op reis om hun enthousiasme voor de natuur te delen. Voor hun promotiebulletin konden ze wel een goede redacteur gebruiken,” memoreert Gert. Gert bleef er niet meteen plakken, maar ging wel voor ze schrijven. Een paar jaar later, direct na zijn studie, ging Gert wel aan de slag bij SNP. Zijn eerste trip bracht hem als reisleider naar de Toscane en hij was meteen verkocht. Wat was dit leuk om te doen!

We besluiten de route even los te laten en af te dalen in de oude zandafgraving van Kwintelooijen. We zijn beiden nieuwsgierig hoe het landschap, waar erosie en sedimentatie nu vrij hun gang kunnen gaan, er uit ziet. “Ik herinner me van vroeger vooral de steile randen, het was hier kaal en steil,” zegt Gert. “In de winter schaatsten we hier en verderop ligt een crossbaan.” De kom is nu grotendeels bedekt met grassen en bos, het water waar Gert vroeger schaatste vinden we niet terug. Wel de crossbaan, die handig gebruikt maakt van de steile zandhellingen en helaas de rust wat verstoort.

Kwintelooijen

De families Kwint en Looijen, die samen een twee onder één kap woning hadden, begonnen hier in 1950 met het winnen van zand voor de aanleg van wegen en woningbouw. In 1990 moest de Raad van State er aan te pas komen om een einde te maken aan het ‘opeten’ van de stuwwal. Maar de daaropvolgende herstelwerkzaamheden hadden te lijden onder droogte en erosie. Zo ontstonden diepe geulen, mooie zanderige puinwaaiers en afzetting van fijne klei in het vlakke middengebied. Daar bleef na regenval water staan. Zo is hier een nieuw natuurlijk ogend landschap ontstaan met een grote afwisseling in vegetatiesoorten.

Bron: Wandelgids Heuvelrughike

Nadat we de kuil aan de andere kant verlaten hebben, pakken we de route weer op. Gert vertelt verder hoe het hem bij SNP Natuurreizen is vergaan. “Het schrijven beviel heel goed, het begeleiden van reizen is daardoor wat naar de achtergrond verdwenen. Ik heb echt eindeloos veel teksten voor de talkrijke brochures en magazines die SNP Natuurreizen uit heeft gegeven geschreven,” zegt Gert. “En hoewel alles inmiddels bijna digitaal is, word ik soms nog wakker als ik heb gedroomd dat er gidsen naar de drukker moeten, de paniek is dan nog voelbaar.”

Gert en Marianne bij Kwintelooijen

Sinds 2009 is Gert directeur van SNP Natuurreizen waar hij zich in 1986 als partner bij aansloot. “De coronacrisis heeft SNP hard geraakt, maar de organisatie is er sterker uitgekomen,” vertelt Gert. “We zijn wendbaarder geworden en richten ons op nieuwe doelgroepen en nieuwe producten. Zo hebben de individuele reizen een vlucht genomen en ook onze groepsreizen veranderen. We komen vanuit de situatie waarbij alleen de reisleider de route-informatie heeft. Nu testen we reizen waarbij deelnemers ook zelf kunnen navigeren. Zo bewandelt SNP ook nieuwe paden.”

Spelen met stokken en water blijft leuk.

Inmiddels wandelen we van de noordflank het hogere stuk van de stuwwal over richting het zuiden. Als ik iets over het pad zie springen roep ik spontaan ‘kijk, een pad’. Maar Gert is heel beslist en bij nadere inspectie heeft hij gelijk, het is een groene kikker. Niet gek, want even verderop passeren we een prachtige leemkuil. Dit is het bos van zijn jeugd en de verhalen over boomklimmen en hutten bouwen volgen. Als we pauzeren blijken we beiden een thermoskan thee, 2 bekertjes en 2 koeken bij ons te hebben. Dat krijg je als 2 reisleiders samen op pad gaan.

Hoe dichter we bij Rhenen komen, hoe bekender het wordt voor Gert. Het verste punt van de route vandaag is de ‘Heksenmuts’. Dit hotel was dicht in zijn jeugd, maar de weg naar de scouting ernaast weet hij nog feilloos te vinden. Daarna dalen we langzaam af het dorp Rhenen in. Omdat we qua tijd een beetje krap zitten nemen we de bus terug naar ons beginpunt.

Koerheuvel (+54m NAP)

Het ontwerp van de watertoren dateert uit de jaren ’30 van de vorige eeuw en is van de Rhenense architect H. van Hoogdalem. Het combineerde de functies van waterreservoir en hotel. De locatie was voor beide doelen uitermate geschikt. Er was vanaf hier voldoende waterdruk om het water naar Rhenen te laten stromen. En voor hotelgasten was het hier prima vertoeven met een schitterend uitzicht. Sinds 1994 zijn er appartementen gevestigd. De spits, die hier liefkozend de ‘heksenmuts’ genoemd wordt, had verder geen religieuze betekenis. Deze Koerheuvel is ook geliefd bij wielrenners omdat de 8% helling een sportieve uitdaging vormt.

Bron: Wandelgids Heuvelrughike

Als we even later de bus weer uitstappen maken we nog een klein rondje om de traverse onder de provinciale door weg te bekijken. Hier kunnen de half wilde Galloway runderen, Konikpaarden en wilde damherten van de Plantage Willem III de N225 passeren en de uiterwaarden van de Neder-Rijn bereiken. Zo wordt hun leefgebied vergroot. In de verte wordt gewerkt aan nieuwe natuur en ruimte voor de rivieren. Mooi dat al die belangrijke doelen hier hand in hand gaan.

Faunapassage onder de N225.

Gert stapt snel weer in zijn auto, op naar een volgende afspraak. “Ik woon al jaren met veel plezier met mijn gezin in Malden bij Nijmegen. Voor mijn ouders kwam ik nog wel regelmatig naar Rhenen, maar het toeval wil nu dat mijn 2 oud huisgenoten uit Wageningen hier in Elst zijn neergestreken. Zo kom ik er nu weer regelmatig. En we gaan nog elk jaar met elkaar aan de wandel. Binnenkort gaan we zelfs samen op Heuvelrughike. Ik kijk er enorm naar uit om te starten in het wat onbekendere noorden en dan langzaam ‘naar huis’ te lopen.” Aan Gert hebben ze in ieder geval een goede reisleider.

Nog geen week na onze wandeltocht krijg ik een enthousiast appje van Gert. Hij is écht op Heuvelrughike gegaan en ze hebben inmiddels etappe 1 erop zitten. ‘Op naar huis’.

Zin gekregen om zelf op pad te gaan? Kijk voor meer informatie over deze heerlijke 7-daagse wandelvakantie op de website van SNP Natuurreizen.