Op Heuvelrughike met… Rob Veenbrink

Dit keer ben ik op pad met Rob Veenbrink, boswachter bij het Utrechts Landschap. We wandelen in het bos met de prachtige naam Kozakkenput. Op de 3e etappe van de Heuvelrughike loop je er door net nadat je Soesterberg hebt verlaten. Dat we hier wandelen is niet helemaal toevallig. Het Utrechts Landschap heeft 2025 uitgeroepen tot het jaar van de Kozakkenput. Een ‘verwenjaar’, noemt boswachter Rob het, waarbij het gebied ten oosten van Zeist wat meer aandacht krijgt. En sinds kort is het Utrechts Landschap partner van de Heuvelrughike. Een goede aanleiding om met een van de boswachters op stap te gaan.

We hebben afgesproken op de parkeerplaats aan het Laantje zonder Eind. En voordat we goed en wel op stap zijn, begint Rob te vertellen.  “Als boswachter kijk ik op verschillende manieren naar het bos. Ik kijk hoe het zich ontwikkelt en wat we moeten doen om de natuurwaarde te vergroten. Waar moet ik ingrijpen om de natuur te helpen?” Hierbij kijkt Rob ook goed naar de veiligheid. “Bezoekers moeten onbezorgd van het bos kunnen genieten. Daarom inspecteren we regelmatig de bomen in het bos, vooral die langs de paden.”

Onderweg wijst Rob me regelmatig op de bijzondere lanenstructuur van de Kozakkenput. “Rond het gebied zijn vroeger landgoederen aangelegd, zoals langs de Weg der Weegen, hier vlakbij. Vanuit die landgoederen zijn zichtlanen aangelegd. Veel daarvan zijn nog terug te vinden in de huidige lanenstructuur”, zegt hij enthousiast. En het klopt. Bijna op elk kruispunt of splitsing kun je eindeloos ver een rechte laan inkijken.

Beukenlaan in wintertooi

Wegh der Weegen

Deze west-oost as, de Amersfoortsestraat, is van oudsher een kaarsrechte verbinding tussen Utrecht en Amersfoort. De weg werd ontworpen door Jacob van Campen (Paleis op de Dam) en was bij aanleg, halverwege de 17e eeuw, al 60 meter breed. Het woeste heidelandschap werd zo omgetoverd tot een indrukwekkende brede, rechte laan. De aanleg van de weg werd gefinancierd met verkaveling. De kavels werden gratis vergeven, maar de eigenaren werden belast met de aanleg en het onderhoud van de Amersfoortsestraat. Op het kruispunt met de Oude Postweg ontstond de nederzetting De Bergh, later omgedoopt tot Soesterberg. Ooit stond daar het Huis ten Halve.

Bron: Wandelgids Heuvelrughike

We lopen een statige oude beukenlaan in. Op de voormalige weilanden ernaast staan wat paarden te grazen. Het is hartje winter en de laan ligt er verstild bij. Langs het pad zien we ijshaar, ook wel sneeuwbaard genoemd. Dit bijzondere natuurverschijnsel ontstaat op dood beukenhout bij een klein beetje vorst. De prachtige, harige, structuur ontstaat door bevriezend vocht dat vrijkomt uit schimmels in het hout.

“De beukenlaan wordt dit jaar ‘verwend’ met wat extra aandacht,” vertelt Rob. “Dat doen we samen met onze vrijwilligers. Zij zijn heel belangrijk voor ons als beheerders. We gaan hier bijvoorbeeld snoeien, zodat de laan wat meer vrij komt te liggen. En we planten indien nodig nieuwe bomen om de oude lanenstructuur intact te houden. Aan de randen van het weiland komt struweel. Dat zorgt voor een geleidelijke overgang van de open ruimte naar het bos. Daarvan profiteren weer allerlei dieren.

IJshaar of sneeuwbaard blijf een bijzonder fenomeen dat je alleen in beukenbossen vindt.

Verderop slaan we af een smaller, donker paadje in. Rob neemt me al wandelend mee in de dilemma’s van de bosbeheerder: “Welke bomen zie je hier? Welke is het oudst, denk je? Wat zijn de kwaliteiten van deze boomsoorten? Welke boom geef je ruimte? En wat past het beste op deze plek?” Er is nooit een eenduidig antwoord, leer ik al snel.

Rob licht de dilemma’s van de bosbeheerder toe – Foto Klaas Wiersma UL

Het wordt zo een hele interactieve wandeling met een leuk gesprek over alle mogelijke beheermaatregelen om een bos veilig en vitaal te houden. “Vitaal betekent dat er ruimte is voor diverse soorten dieren en planten, zodat het bos een plek is waar leven kan ontstaan en af kan sterven. Dood hout is namelijk ook heel belangrijk,” legt Rob uit. We staan meermaals stil bij staand en liggend dood hout.

Aan de zuidkant van de A28 ten zuiden van Soesterberg pakken we de route van de Heuvelrughike op. 

Een laag winterzonnetje schijnt in ons gezicht als we bij de Kozakkenput aankomen, de naamgever van het gebied. De put is een niet te missen kuil in het bos. Door erosie en de invloed van de mens (en honden!) is het een behoorlijke kuil geworden. Nu we zo diep de grond in kunnen kijken, komen we ook te spreken over de bodem van de Heuvelrug. De huidige, jonge, bosbodems houden water minder goed water vast en zijn minder voedselrijk,” leert Rob me. “De oude bosbodems, die in de middeleeuwen zijn verdwenen, waren veel dikker en voedzamer.”

Foto Klaas Wiersma UL

De Kozakkenput

Hoewel de Franse soldaten van Napoleon in dit gebied 30 waterputten hebben gegraven, ontleent het gebied zijn naam aan een Russisch Kozakkenbataljon dat hier neerstreek na de verdrijving van Napoleons troepen. Oorspronkelijk waren de kozakken gelegerd in Utrecht, maar ze hadden zich door hun wilde gedrag in de stad onmogelijk gemaakt. Naast productiebos vind je in het Kozakkenputbos ook (oude) akkers, heideveldjes en natuurlijk diepe putten. Het oude bos is een aantrekkelijke omgeving voor de ransuil en levendbarende hagedis vanwege de vele open plekken.

Bron: Wandelgids Heuvelrughike

Vlak na de Kozakkenput slaan we een kleiner kronkelig paadje in naar links. Bij de ontwikkeling van de Heuvelrughike zocht ik naar mooie en leuke paden. Even ben ik bang dat dit geen officieel pad is en kijk Rob vertwijfeld aan. “Als het niet op mijn kaart staat, is het geen officieel pad,” zegt Rob streng. “Dat betekent dat het niet wordt onderhouden en dat het dicht zou moeten.” Maar al snel komt het verlossende woord; “ja hoor, dit is gewoon een officieel pad.” Het paadje slingert lieflijk wat naar rechts en links, wat weer voor een heel andere beleving zorgt.

We komen uit op een kaarsrecht kruispunt waar de lanenstructuur goed zichtbaar is. Dit keer zelfs met een dubbele rij beuken. Een markante beuk precies aan het kruisput is in scherpe stukken uiteen gevallen. Rob pakt meteen z’n telefoon erbij om de locatie in te voeren. “Hier moet morgen een van mijn collega’s aan de slag,” zegt hij kordaat. Direct gevolgd door weer een leuk weetje van Rob. “Ook aan de manier waarop de boom is afgebroken, kun je de houtsoort herkennen. Dit is onmiskenbaar een beuk; vanwege de korte vezels breekt een beuk bijna recht af. Eiken hebben langere vezels. Dat zorgt voor lange splinters als de stam breekt,” doceert Rob.

Afgebroken stam van een beukenboom.

We wandelen verder tot Rob stopt bij een torenhoge den met een prachtige brede kroon. “De den ziet er gezond en vitaal uit. Vlak erachter staat een beuk die duidelijk concurreert met de den. Maar welke boom is ouder, denk je?” vraagt Rob. Het blijkt de den te zijn. De beuk is er achterlangs gaan groeien. De berk, die er vlak naast staat, is duidelijke geen partij voor beide bomen en vormt geen onderdeel van het dilemma omdat berken toch niet oud worden.

Rob geeft zelf het antwoord. “Kijkend naar de diversiteit in het bos, zou je hier kiezen voor de den. Die heeft op deze plek het meeste te bieden aan zijn omgeving. Het gaat altijd om balans. En dat kan per locatie en per boom verschillen. Er is dus ook niet één antwoord. Dat is het leuke aan ons vak, zegt Rob. “En bovendien beheert het Utrechts Landschap niet voor de houtopbrengst. Wij doen het voor de natuur en voor onze bezoekers.”

Dan komen we al wandelend weer uit op het Laantje zonder Eind en kunnen we ‘eindeloos’ ver naar links en rechts kijken. Rob: “Vroeger kon je vanaf hier de Lange Jan, de toren van Amersfoort, zelfs zien. Door Defensie is het laantje verderop verlegd. Ik hoop dat we dat in de toekomst kunnen herstellen,” zegt Rob.

Laantje zonder Eind

Dit kilometerslange ‘laantje’ is aangelegd als zichtas richting Amersfoort op het uit 1730 stammende landgoed Beek en Royen. Het was onderdeel van een groot stelsel van lanen dat in de 19e eeuw is aangelegd. Inmiddels zijn heel wat oorspronkelijke bomen vervangen en naast beuken en zomereiken zijn ook Douglas spar en Amerikaanse eik aangeplant. Drie beheerorganisaties dragen nu zorg voor het behoud van dit unieke landschapskenmerk. En bij herbeplanting wordt weer voor beuk en zomereik gekozen. Maar het laantje brengt je niet meer van Zeist naar Amersfoort. Het loopt tegenwoordig dood op de Leusderheide die is afgesloten als militair oefenterrein.

Bron: Wandelgids Heuvelrughike

Tot slot wil ik nog weten of Rob zelf ook een wandelaar is. “Ik ben de hele week in het bos, dus wandelen staat niet bovenaan mijn lijstje in mijn vrije tijd,” bekent hij. “Een langeafstandsroute als de Heuvelrughike lopen zit er dan ook niet in. In plaats van een rugzak heb ik liever een golftas op mijn rug en loop achter een balletje aan.”

Verder lezen over De Kozakkenput? Meer informatie vind je bij het Utrechts Landschap.